Reorganisatie

In het kader van een grootscheepse reorganisatie had de werkgever de functie van een werknemer laten vervallen. Volgens de werkgever was er voor de werknemer in de nieuwe organisatie geen plaats meer.

De werknemer vond echter dat er wel degelijk mogelijkheden waren voor herplaatsing. Hij reageerde op een van de vacatures maar werd door de werkgever afgewezen. Volgens de werkgever waren andere werknemers, die eveneens boventallig geworden waren, voor de specifieke vacature meer geschikt. De werknemer drong aan op mediation.

Tijdens de eerste mediationsessie gaf de werknemer aan zeer teleurgesteld te zijn over het feit dat de werkgever de vacature niet aan hem, maar wel aan een van zijn collega’s, wilde toekennen. Hij was zelf nota bene ruim 32 jaar bij dit bedrijf werkzaam, terwijl de bewuste collega nog geen 5 jaar in dienst was.

Werkgever wil beste man op beste plek

De werkgever gaf aan de teleurstelling te begrijpen, maar vond dat er een zuivere en zakelijke afweging was gemaakt. Het ging toch immers om de beste man op de beste plek? De werknemer bestreed de visie van de werkgever en voelde zich gediscrimineerd vanwege zijn hogere leeftijd. Hij was immers 54 jaar oud, terwijl de collega die in aanmerking kwam voor de betreffende vacature nog geen 40 jaar oud was.

Van leeftijdsdiscriminatie was volgens de werkgever absoluut geen sprake. Er had een objectieve selectie plaatsgevonden op basis van de capaciteiten van de boventallige werknemers. De werknemer wilde weten hoe deze selectie precies had plaatsgevonden. Volgens de werkgever was er gekeken naar de C.V.’s van de verschillende werknemers rekening houdend met de voor de vacatures geldende functie-eisen.

Assessment

Daarop drong de werknemer aan op een assessment. Hij achtte zichzelf namelijk zeer goed gekwalificeerd voor de nieuwe functie. Een onafhankelijk en professioneel bureau zou dan maar moeten vaststellen wie van de werknemers het meest geschikt was om de betreffende vacature te vervullen.

Als uit het assessment zou blijken dat hij toch minder geschikt zou zijn, dan kondigde hij aan zich hierbij neer te zullen leggen en te berusten in de vertrekregeling zoals die was opgenomen in het sociaal plan.

De werkgever stemde met deze oplossing in en heeft vervolgens een assessmentbureau ingeschakeld om vast te stellen wie van de boventallige werknemers het meest geschikt was voor de vacature.