Evaluatie van een jaar WWZ
Maarten van Gelderen | 4 juli 2016
Een van de belangrijkste conclusies van een jaar WWZ is toch wel de constatering dat het voor een werkgever niet eenvoudiger is geworden om een werknemer te ontslaan.
Uit de ontslagrechtspraak die in het afgelopen jaar verschenen is, blijkt dat circa 40% van alle ontslagaanvragen door rechters worden afgewezen. Het gaat hier dan met name om ontslagaanvragen wegens persoonlijke omstandigheden zoals disfunctioneren, verwijtbaar handelen door de werknemer en een verstoorde arbeidsrelatie.
Ontslagrecht verstard in plaats van versoepeld?
Kun je daarmee stellen dat het ontslagrecht verstard is in plaats van versoepeld? Enige nuance is hier wel op zijn plaats. Er zijn sinds 1 juli 2015 aanzienlijk minder ontslagaanvragen bij kantonrechters ingediend dan in dezelfde periode een jaar eerder. Je zou dus kunnen stellen dat er meer zaken buiten de rechter om geregeld worden en met name de wat lastigere ontslagdossiers aan de rechter worden voorgelegd.
Toch blijkt uit een nadere bestudering van de door de rechters behandelde ontslagzaken dat rechters niet snel tot ontbinding van een arbeidsovereenkomst overgaan. Een werkgever moet over een overtuigend ontslagdossier beschikken om de rechter te bewegen de arbeidsovereenkomst te laten eindigen.
Ontslagvergoedingen lager
Verder valt uit de ontslagrechtspraak van het afgelopen jaar op dat de ontslagvergoedingen een stuk lager liggen dan voorheen. Dit betreft in eerste instantie de transitievergoeding, de vergoeding waarop een werknemer aanspraak kan maken als hij twee jaar of langer in dienst geweest is. Als een werkgever echter ernstig verwijtbaar gehandeld heeft, kan een werknemer bovenop de transitievergoeding aanspraak maken op een extra vergoeding, de zogenaamde billijke vergoeding. Hoewel deze vergoeding bedoeld is om de werkgever duidelijk te maken dat hij in het betreffende geval bijzonder onzorgvuldig of verwijtbaar gehandeld heeft, komt dat in de hoogte van de gemiddelde billijke vergoeding niet tot uitdrukking. De gemiddelde billijke vergoeding bedraagt namelijk slechts 18.000 euro.
Minister Asscher: geef WWZ meer tijd
Minister Asscher heeft in een reactie op de eerstejaarsevaluatie onder meer aangegeven dat de wet meer tijd moet krijgen. Er is volgens hem op dit moment geen aanleiding om de wet ingrijpend aan te passen.