Hoe zit het met flexcontracten die net vóór of na 1 juli 2015 aflopen?

Maarten van Gelderen | 6 februari 2014

Met ingang van 1 juli 2015 treedt een nieuwe ketenregeling in werking. Kort gezegd houdt deze regeling in dat er nog steeds drie tijdelijke arbeidscontracten op rij gesloten mogen worden, maar dat deze contracten in totaal een periode van maximaal twee jaar mogen beslaan.

Verder geldt dat de nieuwe ketenregeling pas doorbroken wordt als er tussen twee contracten een periode ligt van meer dan zes maanden.

Overgangsrecht

gebroken kettingOp grond van overgangsbepalingen blijft het oude recht van kracht als er op 1 juli 2015 een cao van kracht is waarin is afgeweken van de ketenregeling. De ketenregeling die in de cao is opgenomen blijft dan van toepassing totdat de cao geëindigd is, maar uiterlijk tot 1 juli 2016.

Maar wat nu als er geen cao van toepassing is waarin sprake is van een afwijkende ketenregeling? Een paar scenario’s om bij stil te staan:

1.
Werkgever A gaat met werknemer B op 1 juli 2013 een jaarcontract aan. Dit jaarcontract wordt op 1 juli 2014 verlengd en eindigt dan in principe weer op 1 juli 2015. Precies op dat moment treedt ook de nieuwe ketenregeling in werking. Werkgever mag dus geen tijdelijke verlenging meer aan B aanbieden aangezien de maximale ketenperiode van twee jaar verstreken is.

2.
Werkgever A gaat met werknemer B op 1 mei 2013 een jaarcontract aan. Dit jaarcontract wordt op 1 mei 2014 verlengd en eindigt dan in principe weer op 1 mei 2015. Omdat de nieuwe ketenregeling dan nog niet in werking getreden is, mag A aan B opnieuw een (derde) jaarcontract aanbieden. Dit jaarcontract loopt automatisch af op 1 mei 2016.

3.
Werkgever A gaat met werknemer B op 1 april 2013 een jaarcontract aan. Dit jaarcontract wordt op 1 april 2014 verlengd en eindigt dan weer op 1 april 2015. Op dat moment besluit A om de arbeidsovereenkomst niet meer te verlengen. Een paar maanden later benadert A werknemer B met het verzoek om met ingang van 1 augustus 2015 opnieuw op basis van een jaarcontract in dienst te treden.

A realiseert zich waarschijnlijk niet dat B met dit contract voor onbepaalde tijd in dienst getreden is. Tussen de einddatum van het tweede contract (1 april 2015) en de aanvang van het derde contract (1 augustus 2015) zit een periode van slechts vier maanden. Volgens de nieuwe ketenregeling wordt de keten pas doorbroken als er sprake is van een tussenpoos van meer dan zes maanden.

Vanuit werkgeversoptiek is het dus erg belangrijk om de bestaande tijdelijke arbeidscontracten, het aantal verlengingen en de bijbehorende einddata goed te inventariseren. Daarmee kan voorkomen worden dat er na 1 juli 2015 in een voorkomend geval onbedoeld sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.