Loonbegrip in aanzegvergoeding en transitievergoeding

Maarten van Gelderen | 8 januari 2015

Onlangs heeft minister Asscher in twee besluiten duidelijk gemaakt welk loonbegrip gehanteerd moet worden bij het berekenen van de aanzegvergoeding en de transitievergoeding.

Aan de hand van deze besluiten kan bepaald worden wat de exacte hoogte is van een aanzegvergoeding (per 1 januari 2015) of een transitievergoeding (per 1 juli 2015).

Berekening van de aanzegvergoeding

Sinds 1 januari 2015 is elke werkgever verplicht om een werknemer met een tijdelijke arbeidsovereenkomst voor de duur van zes maanden of langer minimaal een maand voor de einddatum schriftelijk te melden of de arbeidsovereenkomst al dan niet wordt voortgezet. Dit wordt ook wel de aanzegverplichting genoemd.

De werkgever die deze aanzegverplichting niet nakomt moet de werknemer een vergoeding betalen ter grootte van een maandloon. Minister Asscher heeft in het Besluit loonbegrip vergoeding aanzegtermijn en transitievergoeding bepaalt op welke wijze dit maandloon berekend moet worden.

De hoofdregel hierbij is dat het bruto uurloon van de werknemer vermenigvuldigd moet worden met de overeengekomen arbeidsduur per maand. Als er geen sprake is van een vaste arbeidsduur, dan moet gekeken worden naar het gemiddeld aantal gewerkte uren in de 12 maanden voorafgaand aan het einde van de arbeidsovereenkomst. En voor het geval de arbeidsovereenkomst nog geen 12 maanden geduurd heeft, moet bij een wisselende arbeidsduur gekeken worden naar de gemiddelde arbeidsduur over de hele looptijd van de arbeidsovereenkomst.

Een voorbeeld
Michiel is sinds 1 april 2014 werkzaam op basis van een oproepcontract voor de duur van 12 maanden. Het uurloon van Michiel bedraagt € 20 bruto. Eind maart 2015 deelt de werkgever Michiel mee dat zijn oproepcontract niet verlengd zal worden. De werkgever heeft nagelaten om het arbeidscontract (tijdig) aan te zeggen. Michiel kan nu binnen twee maanden na 1 april 2015 een aanzegvergoeding claimen. Omdat Michiel in de afgelopen 12 maanden gemiddeld 50 uur per maand gewerkt heeft, bedraagt deze aanzegvergoeding € 1000 bruto.

Voor werknemers waarvan het loon geheel of gedeeltelijk uit provisie bestaat geldt bovendien dat de gemiddelde provisie per maand over de periode van de afgelopen 12 maanden eveneens meegeteld moet worden bij het bepalen van de aanzegvergoeding.

Opvallend is verder dat looncomponenten als vakantietoeslag, overwerkvergoedingen, toeslagen, bonussen, winstuitkeringen en eindejaarsuitkeringen bij het bepalen van de aanzegvergoeding niet meetellen.

Loonbegrip bij het berekenen van de transitievergoeding

Als het gaat om de transitievergoeding is er sprake van een ruimer loonbegrip. Zo moet er bij de transitievergoeding ook rekening gehouden worden met de vakantietoeslag en een eventuele vaste eindejaarsuitkering (waarop de werknemer binnen twaalf maanden aanspraak zou hebben kunnen maken als de arbeidsovereenkomst was voortgezet). Daarnaast moet er voor de transitievergoeding ook gekeken worden naar de zogenaamde vaste en variabele looncomponenten.

Volgens de nieuwe regels zijn er slechts twee vaste looncomponenten: overwerkvergoedingen en ploegentoeslagen. Voor deze looncomponenten moet gekeken worden naar de bedragen die in de 12 maanden voorafgaand aan het einde van de arbeidsovereenkomst gemiddeld per maand aan de werknemer zijn uitgekeerd.

Daarnaast moet er voor het berekenen van de transitievergoeding ook rekening gehouden worden met drie variabele looncomponenten (uiteraard voor zover van toepassing): bonussen, winstuitkeringen en eindejaarsuitkeringen. Voor de variabele looncomponenten geldt een referteperiode van 36 maanden.

Met deze specifieke regels heeft minister Asscher geprobeerd tot op detailniveau duidelijk te maken welke looncomponenten wel en welke looncomponenten niet meetellen bij de aanzegvergoeding respectievelijk de transitievergoeding.

De komende maanden zal moeten blijken of hij daarin geslaagd is of dat er tussen werknemers en werkgevers in voorkomende gevallen toch nog flink gesteggeld gaat worden hoe hoog de verschuldigde aanzeg- of transitievergoeding is. Zo kan ik mij bijvoorbeeld voorstellen dat in lang niet alle gevallen het onderscheid tussen provisie en bonus even duidelijk is. Voor de aanzegvergoeding kan dit echter wel van belang zijn.