Werkneemster disfunctioneert en heeft geen recht op billijke vergoeding
Maarten van Gelderen | 22 oktober 2015
Een teammanager van een verzorgings- en verpleeghuis wordt in mei 2014 geconfronteerd met een licht kritische beoordeling. Ze wordt door haar leidinggevende beschreven als een prettige persoonlijkheid, maar krijgt de opdracht om het operationele leidinggeven gestructureerder aan te pakken.
In december 2014 vindt er een assessment plaats door Berenschot en wordt in een uitgebreide rapportage vastgesteld dat de werkneemster in feite niet geschikt is voor de leidinggevende functie van teammanager. Volgens Berenschot presteert zij over de gehele linie beneden hbo-niveau en zijn haar leidinggevende kwaliteiten minder goed ontwikkeld. Alles bij elkaar zijn er een flink aantal aandachtspunten die lastig verbeterd kunnen worden “omdat de punten dieper geworteld zijn in de intellectuele aanleg en de persoonlijkheid van de werkneemster.”
Werkgever biedt coaching aan
Het persoonlijke ontwikkelplan (POP) van de werkneemster wordt aangepast naar aanleiding van de assessment en er worden afspraken gemaakt over coaching. In april en mei 2015 worden verschillende gesprekken gevoerd waarin besproken wordt dat de problemen rondom het operationeel leidinggeven blijven bestaan. In mei 2015 meldt de coach op vragen van werkneemster dat zij nog enige tijd krijgt om te werken aan het focussen op de operationele taken van teammanager.
In juni 2015 komen er klachten binnen van andere teamleden van werkneemster en besluit de werkgever om te streven naar een beëindiging van het dienstverband. Omdat de werkneemster niet instemt met een beëindigingsvoorstel, dient de werkgever een ontslagaanvraag in op basis van disfunctioneren.
Volgens de rechter is duidelijk dat er al geruime tijd kritiek is op de werkneemster, met name ten aanzien van een van de kerntaken van haar functie: operationeel leidinggeven. De uitkomst van de assessment is in feite een bevestiging van de eerder door de werkgever geuite kritiek. De werkgever heeft coaching aangeboden en er zijn regelmatig gesprekken gevoerd tussen de werkneemster en haar direct leidinggevende.
Rechter: werkneemster is voldoende tijd, begeleiding en gelegenheid tot verbetering geboden
De rechter komt dan ook tot de conclusie dat de werkneemster tijdig van het onvoldoende functioneren in kennis is gesteld en dat aan haar voldoende tijd, begeleiding en gelegenheid is geboden om haar niveau en wijze van functioneren te verbeteren. Nu herplaatsing binnen een redelijke termijn in een andere passende functie niet mogelijk is, ontbindt de kantonrechter de arbeidsovereenkomst op grond van disfunctioneren.
Daarbij kent hij de werkneemster een transitievergoeding toe ter grootte van € 2.142,-. Het verzoek van de werkneemster om haar bij een ontslag een billijke vergoeding toe te kennen van € 30.000,- wordt afgewezen.
Ook deze uitspraak is ook opgenomen in de online tool Ontslagchecker.