Hoogste rechter: zieke werknemer mag niet meewerken aan ontslagregeling
Maarten van Gelderen | 20 augustus 2015
Komt deze situatie u bekend voor? Werkgever en werknemer willen allebei in goed overleg afspraken maken over een ontslag met wederzijds goedvinden, maar de werknemer in kwestie is ziek. Wat nu?
De hoogste bestuursrechter in Nederland, de Centrale Raad van Beroep, heeft onlangs duidelijk gemaakt dat een zieke werknemer die meewerkt aan zijn eigen ontslag, zijn recht op een ZW-uitkering verspeelt. Dit geldt zelfs als uit alle omstandigheden blijkt dat een verdere voortzetting van het dienstverband eigenlijk volstrekt zinloos is.
Het ging in deze zaak om een werknemer die zich ziek meldde naar aanleiding van een ernstig arbeidsconflict. Vervolgens proberen partijen dit met mediation op te lossen, maar dit leidt niet tot een oplossing. De werkgever dient kort daarna een ontslagaanvraag in bij de kantonrechter, maar deze aanvraag wordt afgewezen vanwege het feit dat de werknemer nog steeds ziek is (opzegverbod tijdens ziekte).
Dan gaat de werkgever over tot ontslag op staande voet. De werknemer vecht dit ontslag aan en partijen belanden voor de tweede keer bij de kantonrechter. Tijdens die zitting vraagt de kantonrechter zich hardop af of partijen er niet verstandig aan doen om “de zaak te regelen”. Vervolgens treffen de werkgever en de werknemer een beëindigingsregeling en wordt de kantonrechter gevraagd deze regeling te bekrachtigingen in de vorm van een officiële beschikking.
UWV: werknemer heeft benadelingshandeling verricht
Als de werknemer direct na de ontslagdatum een Ziektewetuitkering aanvraagt, wordt deze door het UWV geweigerd. Volgens het UWV heeft de werknemer een benadelingshandeling verricht door in te stemmen met een beëindigingsregeling. Het UWV weigert de werknemer daarop een uitkering te verstrekken. Als de werknemer dit besluit aanvecht bij de rechtbank, krijgt hij nul op het rekest. Volgens de rechtbank heeft de werknemer inderdaad een benadelingshandeling verricht door zijn recht op loon prijs te geven waardoor hij een onnodig beroep op de ZW heeft gedaan. In een specifieke bepaling in de ZW is nu eenmaal geregeld dat een werknemer het UWV niet mag benadelen (artikel 45 lid 1 aanhef en onder j ZW).
De werknemer laat het er echter niet bij zitten en stelt beroep in bij de Centrale Raad van Beroep. Maar ook deze instantie oordeelt onverbiddelijk dat de werknemer niet had mogen meewerken aan een ontslagregeling, ook al was dat wellicht gebeurd naar aanleiding van een suggestie van de kantonrechter.
“Werknemer verdient mildere sanctie”
De Centrale Raad van Beroep komt wel tot de conclusie dat een volledige weigering van de ZW-uitkering in dit geval een te zware sanctie was. Omdat de bereidheid van de werkgever om de werknemer na zijn ziekmelding terug te laten keren naar zijn werkplek erg klein was, de werknemer diverse keren een deskundigenoordeel heeft moeten aanvragen en de bedrijfsarts geconstateerd heeft dat er sprake was van een verstoorde arbeidsverhouding, had het UWV volgens de rechter een mildere sanctie moeten toepassen.
Het UWV krijgt van de Centrale Raad van Beroep de opdracht om een nieuwe sanctie vast te stellen (die waarschijnlijk neerkomt op een korting van 50% op het oorspronkelijke uitkeringsbedrag).
Deze uitspraak laat zien dat een zieke werknemer nagenoeg nooit kan meewerken aan een ontslag met wederzijds goedvinden zonder zijn uitkeringsrechten op het spel te zetten. Kan er dan echt niets geregeld worden in een dergelijke situatie? Eenvoudig is het bepaald niet, maar u zou aan twee scenario’s kunnen denken.
Twee alternatieve scenario’s
Het eerste scenario gaat uit van de situatie dat herstel van de werknemer over enkele maanden te verwachten is. In dat geval zou afgesproken kunnen worden dat de arbeidsovereenkomst pas op een termijn van enkele maanden (de te verwachten hersteltermijn) daadwerkelijk eindigt. De werknemer moet dan wel bereid zijn het (geringe?) risico te aanvaarden dat het herstel mogelijk toch langer duurt dan verwacht.
Een tweede scenario zou kunnen bestaan uit het indienen van een “inhoudelijke” ontslagaanvraag bij de kantonrechter, bijvoorbeeld op grond van een verstoorde arbeidsrelatie. De werknemer (of zijn advocaat) dient vervolgens een verweerschrift in en op de zitting laten partijen subtiel aan de rechter doorschemeren dat zij er best mee kunnen leven als de rechter de arbeidsovereenkomst ontbindt. Maar ook dit scenario is niet geheel zonder risico’s. U bent afhankelijk van de coöperatieve houding van de rechter en als het UWV nadien toch zou vermoeden dat hier sprake is geweest van een pro forma procedure, moet de werknemer toch weer voor zijn uitkering vrezen.
Webinar over zieke werknemer en nieuwe ontslagregels
Op dinsdag 27 oktober 2015 om 13.00 uur geeft arbeidsrechtadvocaat Maarten van Gelderen een webinar over de zieke werknemer en de nieuwe ontslagregels. Kijk hier voor meer informatie.